Verscholen tussen prachtige groene struiken bevindt zich een speelterrein middenin Diepenheim. Het idee van een ‘speeloase’ te midden van de bebouwde omgeving zie je hier ook echt terug. Helaas vind ik het persoonlijk wat vervallen en valt het me ietwat tegen. Benieuwd naar hoe het eruit ziet?
We parkeren de auto vlakbij de basisschool, een goede locatie voor een speeltuin! We hoeven maar 2 stappen te zetten en lopen al door de heg naar het bos. Het eerste wat opvalt zijn de vele insectenhotels en bijenstruiken; super voor ‘red de bij’!
De open plek in het midden van dit ‘bos’, is verhard en oogt nogal vreemd. Het idee dat hier kinderen (zelf bedachte) spelletjes kunnen doen of dat er activiteiten georganiseerd kunnen worden, zoals sport of theater is leuk, maar ik vraag me af of dat regelmatig gebeurd. Persoonlijk zou ik hier een schommel, glijbaan, stapbanden en andere speeltoestellen met ‘aardse’ look plaatsen.
De Wadi rechts van ons staat helaas leeg en is vrij vergroeid. Jammer, want met wat water zou het nóg meer aantrekkingskracht hebben. De pomp bij de Wadi doet het ook niet dus je kunt er zelf ook niet wat water in doen. Een gemiste kans en een niet zo’n goed begin voor ons.
Snel gaan we door en Tess haar oog valt op de watermuur. Hier werkt de pomp gelukkig wel en terwijl ik water in de muur pomp loopt Tess snel met het water mee om te zien waar het heen gaat. Aan het einde sijpelt het water van de watermuur en zou er een vijvertje moeten zijn denk ik; er is namelijk een bruggetje. Helaas geen water te bekennen, maar het sijpelende water van de watermuur vindt Tess reuze interessant.
We lopen een stukje terug; daar spotte Tess een ’takkenglijbaan’. Na inspectie blijkt het een takkenwal te zijn. Hier begint ook de stapstenen-route en is er een leuke natuur-schommel.
Bij de picknickweide aan het einde van de stapstenen is ook een kampvuurplek waar in overleg met de beheerders een vuurtje gemaakt mag worden. Ik moet eerlijk bekennen dat ik het zelf niet zag als een picknickweide, het was nogal overwoekerd, maar de plattegrond gaf aan dat het een picknickweide is.
Tess heeft al wel trek gekregen dus we picknicken even in de ‘hut’, een schuilplekje in een wilgenbosje. Als de eierkoek vakkundig naar binnen gepropt is en er wat slokjes water genomen zijn wil Tess al gauw verder op ontdekking.
We lopen over de brug naar de grote speelplek, Tess weet ook niet zo goed wat ze met dit speelveld aan moet en loopt eventjes doelloos rond. Dan spot Tess rechts van haar nog een pomp en rent hier naar toe. Het water uit de pomp wordt via uitgeholde takken naar een zandbak geleid en kun je heerlijk modderzand mee maken. Onze – smetvrees – dochter ziet hier niet zoveel in en wil dan ook snel verder lopen. Even nog het zand uit de sandalen halen en dan lopen we naar een doolhofje.
We lopen hier een paar rondjes, tot Tess een glijbuis op de vlinderheuvel ziet en eenvoudig rent ze door het doolhofje naar de top. De glijbuis glijdt helaas niet, maar Tess loopt meerdere keren heen en weer.
Al bijna aan het einde van het bos lopen we nog onder de wilgentunnel, langs het insectenhotel naar de BolleBoom. Hier klimmen we even omhoog voor een overzicht over het gehele bosje om weer in de auto te stappen op zoek naar een ijswinkeltje; de temperatuur is intussen al weer lekker opgelopen, dus tijd voor wat verkoeling.
Al met al had ik er persoonlijk meer van verwacht, het bos is erg overwoekerd en hoewel het een erg leuk idee is, is er weinig speelmogelijkheden voor een kind alleen.
Mocht je in de omgeving wonen en als vrijwilliger willen helpen met het onderhoud, meld je dan zeker even aan (klik om door te gaan) want hier kan zoveel meer uitgehaald worden!
Het klopt helemaal wat jij over het binnenstebuitenbos beschrijft. Wij pauzeren er vaak tijdens een fietstocht.